Door de coronaperikelen hadden Francine De Wispelaere en haar echtgenoot Boudewijn De Schepper de viering van hun gouden huwelijksjubileum enkele maanden moeten uitstellen. Afgelopen zaterdag werd het gouden paar met hun familie door schepen van Burgerlijke Stand Annelies Lammertyn (CD&V) in het Maldegemse gemeentehuis ontvangen. Schepen Lammertyn blikte even terug op het leven van de jubilarissen.
Francine werd op 18 november 1948 in het moederhuis in Sleidinge geboren. Zij doorliep de lagere school in haar geboortedorp en hielp daarna op het landbouwbedrijf van haar ouders.
Boudewijn zag op 5 september 1947 het levenslicht in het moederhuis in Eeklo. Nadat hij de deuren van de lagere school in Adegem achter zich had dichtgetrokken volgde hij nog een jaar les in Eeklo. Daarna ging hij aan de slag bij het loonwerkersbedrijf van zijn vader Leopold.
In de zestiger jaren trok Boudewijn met enkele vrienden naar Sleidinge, om er een optreden van accordeonist en jodelaar Daniel Van de Wiele bij te wonen. Boudewijn had echter die avond meer oog voor een meisje dat daar ook aanwezig was dan voor de accordeonist. Daar begon de romance tussen Francine en Boudewijn.
Boudewijn fietste van Adegem naar Sleidinge om bij Francine te zijn. Als het slecht weer was maakte hij de verplaatsing met de tractor. Op 24 november 1971 werd het burgerlijk huwelijk voltrokken in het gemeentehuis van Sleidinge en op 22 januari 1972 was het kerkelijk huwelijk in de kerk van Sleidinge.
Het jonge paar trok in bij de ouders van Boudewijn in ’t Broekelken in Adegem. Zij kregen er twee dochters. Boudewijn nam het bedrijf over van zijn vader over en legde zich ook meer toe op grondwerken. Terwijl Boudewijn instond voor het veldwerk zorgde Francine voor de opvoeding van de kinderen en voor de steeds stijgende administratie die bij het bedrijf kwam kijken.
Ondanks zijn druk beroepsleven vond Boudewijn ook nog de tijd om in de gemeentepolitiek te stappen. In 1988 werd hij op de CVP-lijst verkozen en werd meteen ook schepen. Dat bleef hij gedurende 18 jaar, en daarna bleef hij raadslid tot eind vorig jaar.
De tijd is nu aangebroken om het iets rustiger aan te doen. Dat betekent niet dat Boudewijn altijd thuis is: er zijn nog altijd mensen die op hem beroep doen om een klusje op te knappen en daarnaast heeft hij ook nog veel werk in zijn museum.
Francine en Boudewijn genieten samen met hun kinderen en kleinkinderen van de kleine dingen van het leven. Ze hopen dat nog vele jaren samen te kunnen doen.