Vorige werd door de ministerraad het licht op groen gezet voor de behandeling van de nieuwe DNA wet. Via deze wet kunnen de speurders veel verder terug gaan in de tijd om daders van een misdrijf op te sporen.
Terwijl in een aantal andere landen het gebruik van DNA stalen op basis van het Y-Chromosoom al lang toegelaten is heeft Sofie Claerhout, doctor aan de KUL, de medici en de politici in België aangetoond dat een aanpassing van de wetgeving hoop kan bieden in cold cases.
Wettelijk kader
De speurders zijn er al langer van op de hoogte dat met het DNA-onderzoek op basis van het Y-chromosoom een nieuw licht kan schijnen op verschillende dossiers die nu als cold cases liggen te wachten. “Wij weten de weg, maar wij mogen die weg niet inslaan omdat daardoor nog geen wettelijk kader is”, klinkt het al jaren bij de speurders.
Voor haar thesis over het DNA-onderzoek vertrok dr. Claerhout vanuit het dossier van Ingrid Caeckaert, die 31 jaar geleden in Knokke Heist werd vermoord. Hoewel er veel DNA sporen op de plaats en in de omgeving van de moord werden gevonden is de dader nog altijd niet gevonden.
Dat is volgens dr. Claerhout niet abnormaal: in België mag er enkel verder gegaan worden op het DNA van de dader. Door ook DNA stalen op basis van het Y-chromosoom bij het onderzoek toe te laten kan er tot 40 generaties teruggaan worden om de identiteit van een dader te achterhalen.
De wet moet nu nog een administratieve weg afleggen voor hij in de Kamer van volksvertegenwoordigers kan gestemd worden.